Bijna iedereen maakt tegenwoordig foto’s op vakantie. De één met een telefoon, de ander met een digitale camera en weer een ander met de oude rolletjes camera’s (jawel, die komt weer helemaal terug!). Zelf gaan wij nooit de deur uit zonder onze digitale full-frame Sony camera. Het vastleggen van mooie plaatjes is voor ons namelijk inmiddels geen hobby meer, maar onze fulltime baan! Wil je graag meer leren over fotografie met een digitale camera op vakantie of op reis? Lees dan snel verder voor onze reisfotografie tips!
1. Kies voor een systeemcamera in plaats van een spiegelreflex camera
Een aantal jaar geleden bestond de markt voornamelijk uit spiegelreflex camera’s. Tegenwoordig kiest echter bijna iedereen voor de systeemcamera. Een systeemcamera heeft namelijk een aantal voordelen ten opzichte van een spiegelreflex camera. Doordat een spiegelreflex een ingebouwde spiegel heeft, is deze camera een stuk groter en zwaarder. Een systeemcamera werkt met een elektronische zoeker, en is daarom een stuk compacter en lichter. Ideaal voor op reis!
Systeemcamera’s ontwikkelen zich razendsnel. Ze zijn over het algemeen een stuk sneller en hebben minder last van slijtage. De systeemcamera wordt dan ook de camera voor de toekomst genoemd. Hierdoor worden spiegelreflexcamera’s veel minder doorontwikkeld.
Via deze link vind je een lijst met al onze cameraspullen!
2. Kies voor een allround zoomlens
Je wilt waarschijnlijk zo min mogelijk zware apparatuur meeslepen op reis. Daarom is het hebben van een zoomlens ideaal. Zo kun je foto’s maken op meerdere ‘vocal lengths’ zoals dat in de fotografie wordt genoemd. Vocal length betekend in het Nederlands ‘brandpuntsafstand’. De brandpuntsafstand bepaald hoe ver je kunt zoomen. Goede allround zoomlenzen voor reisfotografie zijn bijvoorbeeld een 24-70mm of een 24-105mm lens.
3. Sta vroeg op
Vroeg opstaan heeft meerdere voordelen voor reisfotografie. Het eerste voordeel is: licht. Tijdens de zonsopkomst kun je genieten van prachtig licht. Het licht en de schaduwen zijn zachter en er ontstaat een mooie gouden gloed in je foto’s. Daarnaast heb je ‘s ochtends kans op mist of dauw, dit geeft een mooi effect aan je foto’s. Overdag staat de zon hoog en heb je over het algemeen last van harde schaduwen en zeer hard licht. Het is dan veel moeilijker om mooie foto’s te maken.
Een tweede voordeel van vroeg opstaan is dat je waarschijnlijk minder toeristen tegen zult komen. Vooral als je wil fotograferen op populaire plekken kan het erg druk zijn. Door vroeg op te staan vermijd je de meeste toeristen en heb je kans dat je een plek helemaal voor jezelf hebt!
4. Gebruik een hoog diafragma (f-stop) voor landschapsfotografie
Het diafragma geeft aan hoeveel licht er doordringt tot de sensor van je camera en wordt aangeduid met de letter ‘f’. Het f-getal geeft eigenlijk de scherpte-diepte aan. Hoe hoger het f-getal, hoe groter het gebied dat in focus is. Bij landschapsfotografie wil je meestal dat er een groter gebied in focus (scherp) is. Het is daarom belangrijk om een hogere f-stop te gebruiken. Kies bijvoorbeeld voor een f-stop tussen f/6.3 en f/11. Wil je graag de voorgrond is focus? Bijvoorbeeld een tulp in een tulpenveld? Verlaag dan je f-stop weer naar f/5.6 of lager en stel scherp op de tulp.
5. Gebruik een laag diafragma (f-stop) voor portretten
Wij maken regelmatig portretten van mensen op reis. Voor portretten wil je in de meeste gevallen een goede scherpte-diepte. Dit betekent dat je je camera op een lage f-stop moet zetten. f/2.8 is bijvoorbeeld een goede optie. Fotografeer je een persoon terwijl diegene iets aan het doen is? Overweeg dan een iets hogere f-stop zoals f/3.6.
6. Leg een connectie met mensen voor portretfoto’s
Een portret maken van iemand kan lastig zijn. Zelf vinden we het vaak moeilijk om iemand te vragen of we een foto mogen maken en hebben daardoor veel mooie kansen laten schieten. We hebben echter gemerkt dat het veel makkelijker is om een portret te maken van iemand als je eerst een connectie legt. Maak een praatje en probeer de persoon beter te leren kennen. Vraag daarna op een respectvolle manier of je een foto mag maken.
7. Kijk goed om je heen
De omgeving waarin je fotografeert is onwijs belangrijk. Kijk goed om je heen of je geen objecten in je shot hebt die je beter kunt vermijden, zoals prullenbakken, tassen of andere onnatuurlijke spullen. Objecten zoals deze kunnen achteraf wel uit je shot worden gefotoshopt, maar dit vergt veel tijd. Je kunt het daarom beter voorkomen. Bij portretten is het belangrijk dat je goed kijkt hoe je de persoon positioneert. zorg er bijvoorbeeld voor dat het niet lijkt alsof er een boom (of de Eiffeltoren :P) uit iemands hoofd groeit. Dat zou zonde zijn!
8. Koop een wrist strap voor je camera
Als je veel gaat fotograferen op reis heb je je camera vaak in je hand. Misschien wel tijdens het hiken, wandelen door de stad of tijdens een boottocht. Het is dan enorm handig om je camera goed te beschermen. Niet alleen tegen schade, maar ook tegen diefstal. Wij vinden het persoonlijk erg fijn om onze camera vast te houden met een pols strap in plaats van een schouder strap. Een schouder strap gaat op den duur schuren in je nek en je kan er enorm veel nekpijn van krijgen. Door je camera in je hand te houden heb je dit niet en ben je ook nog eens snel paraat als je een foto wil maken!
Wij kunnen deze wrist strap van Peak Design aanraden. Hij is verkrijgbaar in verschillende kleuren, hij is gemakkelijk in gebruik en je kunt hem omhouden als armband als je camera er even niet aan vast zit.
9. Schiet je foto’s in RAW en JPEG
Foto’s die je met een camera neemt kunnen in JPEG of RAW worden geschoten. Dit zijn bepaalde typen bestandsindeling. Wij raden je aan om je foto’s op reis in beide bestandstypen te fotograferen. De meeste camera’s hebben deze optie. RAW en JPEG verschillen erg van elkaar, maar beide typen hebben voor- en nadelen.
RAW is in principe de beste bestandsindeling om je foto’s in te schieten. Deze bestanden zijn ongecomprimeerd en bevatten alle gegevens die door je camera worden vastgelegd. Deze bestanden kun je daarom optimaal bewerken. Zo kun je bijvoorbeeld makkelijk de schaduwen lichter maken en de highlights donkerder. Een nadeel aan deze bestanden is dat ze enorm groot zijn en niet met elk programma kunnen worden geopend. Ook kun je RAW bestanden meestal niet openen met je telefoon of duurt het erg lang om ze op je telefoon over te zetten. Dat is wanneer JPEG bestanden handig zijn.
Wij gebruiken meestel Adobe Lightroom op onze laptop om onze foto’s te bewerken. Maar we vinden het ook leuk om de foto’s aan het einde van de dag meteen te kunnen delen op onze social media kanalen. We gebruiken dan de JPEG bestanden om wat foto’s over te zetten op onze telefoon en te bewerken met Lightroom Mobile. Zo hebben we geen enorme bestanden op onze telefoon en kunnen we toch snel iets delen!
